Verruiming onbelaste dividenduitkering op vererfde aandelen

Sinds 2010 is aanmerkelijk belangheffing (25%) verschuldigd bij vererving van een aanmerkelijk belangpakket indien en voor zover er vervreemdingswinst is geconstateerd. Bij de erflater wordt de behaalde “vervreemdingswinst” op de aandelen belast tegen 25%. Het overlijden wordt sinds 2010 aangemerkt als een fictieve vervreemding.

Als compensatie hiervoor is het voor de erfgenamen mogelijk om na het overlijden een onbelaste dividenduitkering te doen. De voorwaarden voor een onbelaste verkrijging zijn:

•   de dividenduitkering vindt plaats binnen 24 maanden na het overlijden;
•  bij het overlijden is vervreemdingswinst geconstateerd;
•  de dividenduitkering bedraagt niet meer dan de geconstateerde vervreemdingswinst; en
•  de dividenduitkering wordt afgeboekt op de verkrijgingsprijs van de erfgenamen.

Het beleid van de Belastingdienst was tot nu toe dat deze faciliteit alleen gold voor de aandelen die aan de nalatenschap zijn toe te rekenen. Dit betekende dat als de erflater in gemeenschap van goederen was gehuwd dat slechts de helft van de aandelen aan de nalatenschap zijn toe te rekenen. Hier zat dan ook het probleem. Civielrechtelijk dienen alle gelijke aandelen gelijk te worden behandeld. Dus dient een dividenduitkering gelijkelijk over alle aandelen te worden verdeeld. Dit betekent dat de erfgenamen slechts de helft van de dividenduitkering onder de faciliteit konden brengen.

Recent heeft de staatsecretaris een verruiming van bovenstaand beleid gepubliceerd. Goedgekeurd wordt dat de verkrijger (krachtens erfrecht) de faciliteit kan toepassen op zowel de vererfde aandelen als op de aandelen van dezelfde soort in de betreffende vennootschap die de verkrijger reeds in bezit had.

Het besluit geldt tevens voor erfgenamen voor wie de 24-maandstermijn reeds is verstreken, maar wel aan de overige voorwaarden voldoen. Het besluit geldt ook als de aanslag inkomstenbelasting reeds onherroepelijk vaststaat. De erfgenamen kunnen alsnog een vrijgestelde dividenduitkering doen als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

•  uiterlijk op 31 december 2014 is hiertoe een verzoek ingediend;
•  het dividend is uitgekeerd; en
•  de aandelen zijn niet geheel of gedeeltelijk vervreemd.

Uiteraard geldt de vrijstelling alleen indien en voor zover er ten tijde van het overlijden vervreemdingswinst is geconstateerd. Toch maar even nagaan of bovenstaande bij u van toepassing is.

Oscar Meijrink, belastingadviseur bij Bunnig & Partners Leiden

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *