Al een aantal jaar is er discussie over de heffing in Box 3. Box 3 hanteert een fictief rendement van 4%, waar vervolgens 30% belasting over betaald dient te worden. Per saldo is de belastingdruk dus 1.2% over uw vermogen (spaargeld, beleggingen, de tweede woning). Het fictieve rendement van 4% wordt in de praktijk, zeker bij banken, al lang niet meer gehaald. Tegenwoordig is de spaarrente bij de meeste banken al regelmatig tot onder de 1% gezakt. Spaarrente groeit dus niet meer vanzelf, maar neemt af, zeker als we ook de inflatie doorberekenen.
De discussie over het fictieve rendement neemt inmiddels serieuzere vormen aan. Er zijn partijen die het fictieve rendement nu willen laten toetsen aan de Europese regelgeving. Volgens deze partijen zou het fictieve rendement meer moeten meebewegen met de daadwerkelijke rente, bijvoorbeeld door dit te baseren op de gemiddelde vijfjarige rente van de belangrijkste banken. Daar is natuurlijk wel wat voor te zeggen. Al is het afwachten hoe het Europese Hof hier over denkt.Voor nu is het afwachten, maar om een en ander te kunnen afdwingen wordt er wel een proefproces gestart. Het duurt ongetwijfeld nog wel enige tijd voor dat ei uiteindelijk is gelegd, maar desalniettemin is het al een stap in de juiste richting.
