Tabaksproducten vallen sinds 1 juli 2013 onder de normale BTW-regeling. Tot dat moment werd de BTW op tabaksproducten door de importeur of fabrikant tegelijk met de accijns afgedragen en had de verdere handelsketen in tabaksproducten niet meer met de heffing van BTW te maken.
Sinds 1 juli is nu de BTW op tabaksproducten verschuldigd volgens het reguliere BTW systeem. Met andere woorden de fabrikant brengt 21% BTW in rekening aan de detailhandel, de detailhandel trekt deze BTW als voorbelasting af en brengt vervolgens 21% BTW in rekening bij de verkoop aan de consument.
Geen dubbele heffing
Om te voorkomen dat de detailhandel vanaf 1 juli BTW moeten afdragen over producten waarvoor ze zelf geen recht hadden op de aftrek van voorbelasting, is er een overgangsregeling getroffen. Deze regeling houdt in dat de teruggaaf van BTW wordt verleend over de aanwezige voorraad tabaksproducten per 1 juli. Daarmee wordt de dubbele heffing van zowel BTW als accijns voorkomen. De betreffende ondernemers moeten wel zelf actie ondernemen door via de normale BTW-aangifte eenmalig om teruggaaf te verzoeken van de BTW die drukt op de per 1 juli 2013 nog in voorraad zijnde tabaksproducten.
Gevolgen voor de praktijk
Voor de ondernemers als tabaksspeciaalzaken, supermarkten, horeca en tankstations betekent dit dus dat zij hun aanwezige handelsvoorraad in één keer ‘BTW-vrij’ kunnen maken. Dit levert een permanent lager kapitaalbeslag op over de aanwezige handelsvoorraad. Hier staat tegenover dat zij hun administratie moeten aanpassen zodat de verkoop vanaf 1 juli in de BTW belaste omzet wordt meegenomen.
De consument zou niets moeten merken van de wijziging. De verkoopprijzen blijven (vooralsnog?) gelijk dus de ruil van accijns naar BTW is voor de consument een soort sigaar uit eigen doos. En er wordt zelfs beweerd dat de gevolgen van het roken niet meer of minder schadelijk worden nu er BTW over wordt geheven.
Renger Kok
