TTIP

Het creëren van sterke handelsbetrekkingen zorgt voor welvaart en welzijn. Dat zien we in het klein, tussen bedrijven en instellingen, hun klanten, medewerkers en leveranciers, maar ook in het groot, tussen landen en gebieden. De EU is het bewijs dat geopolitiek, bloedvergieten om grenzen en macht zoals we in de eerste helft van de 20ste eeuw kenden, kan worden vervangen door met elkaar kibbelen over handel, tarieven subsidies en belastingen.

Simpelweg door een goede economische samenhang te scheppen. De snelle uitbreiding van de EU richting het Oosten is al een tijdje geleden tot staan gekomen, maar ook associatieverdragen met Oekraïne en misschien later met Turkije kunnen een stepping stone vormen voor meer stabiliteit in het nabije Oosten en interessante handelsbetrekkingen. Die landen willen zich zo graag zakelijk associëren met de EU, dat ze daadwerkelijk cultuurveranderingen inzetten, bijvoorbeeld als het gaat om het uitbannen van corruptie en handhaving van mensenrechten. Dat zulke onderwerpen heel streng gemonitord moeten worden, spreekt vanzelf. De EU is economisch sterk en dus een aantrekkelijke partner. Dan kun je ook voorwaarden stellen.

Rusland hangt economisch boven de afgrond, met nauwelijks zicht op verbetering. Vroegere handelspartners,
oud-Sovjet landen, keerden zich van het land af. En dan zie je het: economische samenhangen vallen weg en het land valt terug op ordinaire geopolitiek. Landjepik, destabilisatie, benadeling van de veronderstelde tegenstander. De vluchtelingenstroom waarmee de EU wordt geconfronteerd, is een direct gevolg van actieve destablisatiepolitiek van Rusland, mede gericht op ondermijning van de EU. Iedereen die zich naar aanleiding van de vluchtelingenproblematiek tegen de EU keert, doet precies wat Poetin beoogt.

Het is met dit alles zaak voor de EU om nog sterker te worden om ook deze problemen het hoofd te bieden. Hoe? Natuurlijk, grenzen en defensie moeten op orde zijn en daar valt nog heel wat te doen. Maar de EU moet vooral economisch nog weer sterker worden. Op dat vlak zit men niet stil. Sinds 2013 onderhandelen de EU en de Verenigde Staten over een zogeheten Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP), waarbij toegang tot elkaars markten wordt verbeterd en wet- en regelgeving beter wordt afgestemd. Evenals bij landen als Turkije en Oekraïne moet de EU trouwens ook hier het oog houden op haar eigen waarden.

De Amerikanen lijken in hun streven naar bescherming van hun Land of the Free hun eigen grondwet flink uit het oog te verliezen. De EU en haar leden moeten hun burgers beschermen tegen die neigingen, die overigens veel ingrijpender kunnen zijn dan een associatieverdrag met Oekraïne. Maar dat lijken de jongens en meiden van GeenStijl niet te begrijpen, dus daarover geen referendum. Maar verder? Ik vind het een uitstekend idee om de handelsbetrekkingen trans-Atlantisch te verbeteren, als we onze waarden maar in het oog houden. De Brexit-discussie is in dat grote verband maar een kleine rimpeling. EU en VS kijken hoofdschuddend naar de silly walks van de Britten, maar uiteindelijk zullen ze, net als wij, in het systeem blijven, daar ben ik van overtuigd. En dat is goed voor ons allemaal.

Jan Versteegh, voorzitter VNO/NCW Rijnland

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *