Column Jan Versteegh: Overtuigd?

Hoe vaak zeggen we het niet als we iets heel zeker menen te weten: “daar ben ik van overtuigd!” Zoals zo veel uitdrukkingen in het Nederlands, komt ook deze uit de scheepvaart. Een schip met goede tuigage komt wel op zijn bestemming aan. Een ondertuigd schip zal te langzaam vooruitkomen of zelfs onbestuurbaar zijn. “Overtuigd” betekent het tegendeel. Een schip met te veel tuig op, komt in moeilijkheden naarmate de wind sterker wordt. Het kan kapseizen, de masten breken of andere problemen ontstaan. Doorgewinterde zeilers kunnen u vast nog veel meer vertellen over de ellende die kan ontstaan bij een overtuigd schip. “Overtuigd” is dus eigenlijk helemaal niet zo’n positieve uitdrukking. Een overtuiging is iets dat je misschien een beetje té zeker weet, als je handelt uit overtuiging, zet je misschien ergens té veel op in. En dan kun je in moeilijkheden komen.

Het woord “overtuigd” heeft nog een eigenschap waar je niet zo één, twee, drie bij zou stilstaan. Het heeft de passieve vorm. Overtuigd word je dus door iets of door iemand. In elk geval door invloeden van buitenaf. Een overtuiging komt aldus niet van binnen, maar van buiten.

Dat geeft dus te denken, de volgende keer dat u, in een onderhandeling of bij het presenteren van een product, dienst of business plan roept dat u overtuigd bent van de kwaliteit, of het succes of andere geweldige eigenschappen.

Toch is “overtuiging” een staande uitdrukking en wordt door ons positief gewaardeerd. Een ondernemer die ervan overtuigd is dat wat zijn of haar bedrijf te bieden heeft, het beste is, wordt gezien als een gedreven mens die er met zijn club wel komt.

U weet misschien, ik ben een domineeszoon. Ik heb om mij heen wel gezien wat “overtuiging” teweeg kan brengen. Teveel overtuiging kan de persoon en de omgeving best schade toebrengen. Ergens in geloven echter, kan veel moois brengen. Weest u niet bang, dit wordt geen preek, het gaat nog altijd om ondernemen.

Het punt dat ik wil maken, is dat het mij veel zuiverder lijkt om te spreken van geloof. Geloof in je product, de mensen in je bedrijf, de markt, je klanten, je leveranciers. Iets “geloven” komt meer van binnen. Niet in de vorm van “ik geloof het wel”, maar in die zin, dat je na weging van alles wat je hebt, ziet en doet, gelooft dat dat de beste manier van handelen is. Een goede visie en missie van een organisatie komt voort uit een geloof dat dit de beste weg is, voor de hele club. Daarop bouw je goede strategieën, aan het onderliggende geloof toets je alles wat je in je organisatie op touw zet.

Geloof komt van binnenuit, geloven is geen passieve, maar een actieve uitdrukking. Je kan er mee aan de slag, terwijl overtuiging meer een dooddoener is. Er is geen plaats voor discussie als er een overtuiging is. Geloof daarentegen is altijd vatbaar voor debat en discussie en daarmee ontwikkelt het zich steeds. Net als uw organisatie. Het geloof in uw club ontwikkelt zich, gaat met zijn tijd mee. Geloof is daarom nooit heilig. Of toch wel? U mag het zeggen. Ik ben tenslotte advocaat geworden, geen dominee.

Jan Versteegh, voorzitter VNO/NCW Rijnland

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *