Column Menno Smitsloo: Welke wethouder verdient het nog om te worden verkozen?

Zo vlak voor de verkiezingen voel ik me geroepen om er nu eens vanuit het bedrijfsleven voor te waarschuwen, dat we ons niet dubbel laten besodemieteren. Er wordt vooral door de zittende bestuurders die zich kandidaat stellen alweer zoveel beloofd. Terwijl we toch wel zo langzamerhand weten dat sommigen er een puinhoop van maakten en met hen alles weer in het oude – of erger – zou vervallen. God, wat waren ze de afgelopen maanden aardig! Je zou bijna geloven dat het de dames en heren dit keer niet alleen maar om eigen-belang – onze stem – gaat. Daarbij behandelen ze je als kiezer meewarig, alsof je ‘uit een ei’ komt. Vroeger konden we zelf op onze vingers natellen, van wie de mooie sprookjes een paar maanden na de verkiezingen, weer ‘gebakken lucht’ zouden blijken te zijn. Vandaag de dag is dat lastiger. Het schijnt dat sommige van die lieden zich twee maanden voor de verkiezingen laten botoxen. Aangezien alle uitdrukking dan uit hun gezicht is verdwenen, kun je het niet meer zien als ze liegen. Zodra ze weer op het pluche mogen plaatsnemen, vervalt dat gelaat direct in het oude patroon, met nog diepere jok-rimpels. Voorlopig zitten ze er dan maar wel weer. Tenzij wij nu eindelijk eens ingrijpen.

Het is mijn ervaring dat het van minstens de helft van de verkozen politici niet de bedoeling is zich nu eindelijk eens voor de maatschappij te gaan inzetten. Onze werkverschaffende investeringen interesseren hen werkelijk geen biet, laat staan dat je eens vlotte medewerking van ze krijgt. Het mooiste vind ik het, wanneer ze al bij hun eerste interview tranentrekkende dooddoeners uitslaken als: “Het is altijd al een jeugddroom van me geweest om dit te verwezenlijken”. Niet te geloven toch? Er is op dat moment nog niets gepresteerd. Ze zullen dus een natte droom bedoelen.

De één (de meesten overigens), wil een standbeeld voor zichzelf, en probeert de burger met megalomane, kostenverslindende projecten op te zadelen. Zodra de eerste paal is geslagen, schrijven ze de roem bij op hun CV en worden dan ergens burgemeester, of gewoon staatssecretaris. Tegen de tijd dat de schade zichtbaar wordt, zijn zij al lang weg. De ander is wat luier en vergadert de hele dag alleen maar over nooit te realiseren echte samenwerkingen (lees fusies) met andere gemeenten. Dat gebeurt dan wel zoveel mogelijk met duur ingehuurde adviseurs, die eigenlijk voor een ander doel worden misbruikt. Er wordt namelijk, tussen de besprekingen door, continu een beroep gedaan op hun contacten met andere instanties. Alles met als opzet aan een vastere baan te komen, met een nóg beter salaris tegen nóg minder inzet. Wanneer dit soort wethouders, uit gebrek aan inzicht, eindelijk de te verwachten foute beslissing nemen, mogen (lees: moeten) ze ook eerder weg. Dit onder hun motto: “Dan gaan we toch gewoon een jaartje of zes, of misschien wel twaalf, wachtgeld vangen!”. Een beetje in het sloepie in de zon dobberen met tussendoor wat stiekeme klusjes als extra bijverdiensten. Sommigen laten het daar bewust op aan komen. Je herkent ze aan hun betweterige, hooghartige toon van praten, alsof ze een grote prestatie hebben verricht. In het voorbij varen, heb ik bij zo eentje wel eens een blikje bier in zijn bootje gegooid en geroepen: “Zo ouwe laaienlichter, heb je het naar je zin?” Ik vind het prachtig als ze dan zo stom zijn om terug te roepen: “Ja, en jij moet er nog voor werken”.

Laten we nu gewoon eens, aan de hand van mijn ervaringen in de praktijk, langs wat steden en dorpen fietsen. Hierbij mag u dan zelf constateren wie bij welk deel van vorenstaand verhaal hoort en op welke wethouder je wel of niet moet stemmen. Gewoon eens zien hoe wij enkele bestuurders ervaren, want het verwijt van diverse kanten is, dat wij als ondernemers nooit in het openbaar onze grieven laten horen. Ik begrijp het ook wel, menigeen is bang om wantoestanden aan de kaak te stellen, uit angst daardoor nog meer nadeel te ondervinden. Maar, wat heb je uiteindelijk te verliezen als het niet slechter meer kan? Ik preek hier dan ook uitsluitend voor eigen parochie, maar keer het nu eens om. Iedereen mag weten van welke bestuurders je tijdens het ondernemen blokkades, of erger kunt verwachten.

Den Haag –  Wethouder Peter Smit (VVD)

Knap hoe hij het volhoudt, tegen de door ons met de gemeente bij notariële akte vastgelegde afspraken in. Zo probeert hij een plan door te drukken, waarbij door bebouwingen en een nieuw Trekvliet-tracé, ons monument, Kasteel de Binckhorst*, uit het zicht komt te staan. *Het betreft hier de naamgever van het gebied en het enige kasteel van Den Haag.

Voorschoten – was Freddy Blommers (ONS) die uit de lokale partij opstapte en nu voor D66 in de race gaat

Ik hoop dat hij terugkomt. Eindelijk een wethouder die onze schriftelijke afspraken ook gewoon wil nakomen. Deze betreffen het achterstallig en duurzaam onderhoud door de gemeente, van het park rond de negen jaar geleden door ons gekochte buitenplaats ‘Ter Wadding’. Zijn voorgangers brulden maar wat, deden niets en verdwenen uiteindelijk in het bos van twee hectare, dat wij de gemeente voor één euro schonken. Tussen de bomen dus, die zij ondanks hun plicht niet onderhielden. Burgemeester Staatsen liep nog lang na de eigendomsoverdracht, vrolijk in het rond te verkondigen, dat hijzelf maar in ‘ons bezit’ ging wonen. Het duurde ook daardoor te veel jaren, eer wij de ambtelijke medewerking aan de thans door ons tot stand gebrachte volledige restauratie kregen afgedwongen.

Katwijk – Daan Binnendijk (CDA)

Schrijft op zijn eigen Blog dat hij niet wil terugkomen. Een beetje ongeloofwaardig. Bronnen vertellen dan ook dat hij niet terug mág komen. Dat valt te begrijpen. Alleen al omdat hij lak aan iedereen heeft en het gemeentehuis in Rijnsburg gewoon helemaal blauw rookt. Verder beging hij onder meer de doodszonde, diverse verplichtingen zonder toestemming van de gemeenteraad aan te gaan. Schrijft zelf op zijn Blog tijd nodig te hebben om technisch infrastructurele zaken te begrijpen. Dat klopt, want hij haalt nog steeds de Rijnlandroute en de RijnGouwelijn door elkaar. Weigert in afwachting van laatstgenoemde, al jaren iedere medewerking aan de verbeteringen die het bedrijfsleven in de Tramstraat wil aanbrengen en bekostigen. Dat zijn smoesjes, want iedereen weet dat die tram er nooit komt. Wij willen investeren in de kwaliteit van de buitenruimte tussen het centrum en ons winkelcentrum de Trambaan, waarin o.a. Albert Heijn is gevestigd. Ons voorstel is, om hier ter veraangenaming van dit grote, saaie overgangsgebied, voor onze rekening een groot kunstwerk te plaatsen. Een voorziening die de gemeente natuurlijk zelf al 15 jaar geleden had moeten verzorgen. Voor medewerking en een akkoord, moeten wij eventjes wachten op een transparante, daadkrachtige opvolger.

Ook toen wij een beroep deden op Binnendijk, om mee te werken aan het verplaatsen van een lokale ondernemer, die door hoge lasten in de problemen was geraakt, beloofde hij directe actie, maar deed niets en liet niets horen. Sterker nog, de wethouder werkte wel mee aan de huisvesting van een nieuwe concurrent van die winkelier, op een locatie waar dit volgens het bestemmingsplan niet mocht.

Leiden – Pieter van Woensel (VVD)

Als die geen eigen standbeelden aan het bouwen is? Allereerst de twee parkeergarages tegen vijfentachtig miljoen euro gemeenschapsgeld. Ons plan voor de Kaasmarkt, ter economische versterking van het tweede deel Haarlemmerstraat-centrum gebied, lijkt erdoor opzij te worden gezet. Wij willen hier een overdekte markt bouwen, met zes dagen per week food, bloemen, recreatieve horeca en wat daar nog meer niet te krijgen valt. Op zondag is er ruimte voor een brocanterie. Ons stedenbouwkundig ontwerp past volledig in het bestemmingsplan. Het lijkt voorlopig fout te gaan, omdat wij, tijdens een persconferentie ons plan met daaronder, voor eigen rekening, een parkeergarage voor 600 auto ’s wilden presenteren. Gelijk paniek ten stadhuize, want u begrijpt het al, dan zou de nieuwe garage aan de Garenmarkt niet nodig zijn. Wij hebben inmiddels gemeld zelf aan 300 plekken genoeg te hebben, dus wie weet, komt er nog wat van.

Zijn tweede standbeeld betreft het Rijnsburgerblok. De markt werd gepasseerd door deze gronden met circa tien miljoen euro verlies aan OVG en Syntrus Achmea te verkopen. Ik ga er maar even aan voorbij dat hier naast het wonen, 21.000 m2 kantoorruimte is bedacht. Leiden kent erg veel leegstand van kantoren en winkels en het gemeentebestuur kan zelf constateren dat dit soort ontwikkelingen landelijk als ‘krankzinnig’ worden beschouwd. Wat ondergetekende zeer raakt, is dat ons eigendom van 10.000 m2, Leiden Centraal Kantoren aan het Schuttersveld 9, volledig wordt ingeklemd en in kwaliteit beperkt. Zowel de ontwikkelaars als de gemeenten hebben nooit overleg met ons gevoerd, terwijl ons perceel 1/3e van de planzone uitmaakt. Onze twee parkeergarages moeten nu samen met 350 andere auto ’s dwars door het nieuwe gebouw heen worden bereikt. In plaats van al 35 jaar tweerichtingsverkeer over de openbare weg. Woongevels zijn pal bovenop onze kantoren bedacht, waardoor over en weer inkijk, terwijl wij daarbij volledig in de schaduw komen te staan. Op tekening denkt men onze nooduitgangen en raampartijen gewoon dicht te bouwen. De wethouder boeit het allemaal niet. Dat blijkt ook uit zijn antwoord, wanneer ik zeg dat het plan met 70 meter hoogte ten opzichte van onze 30 meter, volledig buiten proporties is. Dan beweert hij gewoon, niet gehinderd door kennis van het eigen project, dat ik me vergis. Wij zijn nooit op procederen uit, maar denken dat op deze wijze, iedere andere belegger in onze plaats ook naar het hoogste rechtsmiddel zou grijpen.

Oegstgeest – Wendelien Tönjann (VVD)

Persoonlijk lijkt zij mij een sympathiek mens, maar haar positie is natuurlijk ontoelaatbaar en onhoudbaar. Nam zwaar gehavend in dit college plaats. Had natuurlijk nooit mogen terugkeren, nadat zij eind 2012 samen met haar collega-wethouders terecht moest opstappen. Zij hadden namelijk gezamenlijk besloten de schrikwekkende conclusies van dure, zelf opgedragen onderzoeken, voor de gemeenteraad achter te houden. In deze eindrapportages werd van hun organisatie gehakt gemaakt, en een desastreuze financiële chaos geconstateerd. In plaats van dat de loftrompet over hen werd gestoken, verdwenen zij met de staart tussen de benen. Tönjann kwam niet zomaar terug, maar door hulp en op een onhandige manier. Het toen nog Tweede Kamerlid Matthijs Huizing, ook algemeen voorzitter van de plaatselijke voetbal- en cricket vereniging ASC, verzorgde met Ruud Koole de formatie van het nieuwe college en dus ook haar benoeming. Een saillant detail is dat het failliete Oegstgeest nog maar kortelings besloten had, voor de verhuizing van zijn cluppie een gemeentegarantie van zes miljoen euro te stellen. Daarom leek het slimmer zich hiervan te verzekeren, door ASC onder de verantwoordelijkheid van partijgenoot Tönjann te brengen, terwijl zij toch echt geen sport in haar portefeuille heeft.

Deze dame is dus de laatste die zou moeten onderzoeken hoe het nu verder met deze gemeente moet. Toch kreeg juist zij deze taak toebedeeld. De eerste geweldig kromme conclusie betreft geen fusie, maar een samengaan met Katwijk, want daar bestaat een goede organisatie en daar is geld. Niet met Leiden, want voor Leiden is men onterecht bang. Mijn persoonlijke mening is overigens dat een fusie van Noordwijk, Teylingen en Oegstgeest het meest voor de hand ligt. Dat zijn alledrie forensenplaatsen, met aan weerszijden recreatie-economie. Als ondernemer heb je al helemaal niets van Tönjann te verwachten. Zij heeft zo haar voorkeuren en houdt zich aan geen enkele afspraak. Dat ondervonden wij bij ons plan aan de Oude Vaartweg. Een proces dat al 20 jaar vastzat, werd door ons op gang gebracht, door de gemeente en andere eigenaren op één lijn te brengen. Schriftelijk werd afgesproken gezamenlijk de planvorming te verzorgen en betalen. Maar toen het even tegenzat, haakte de gemeente af en verschoof de rooilijn, waardoor onze realisatie onmogelijk werd. Daarbij worden ook onze veel minder rendabele, recreatieve alternatieven op deze plek, vooralsnog door haar genegeerd. De rekening durft de wethouder nog steeds niet te sturen, aangezien dat ons gelijk nog eens extra zou bewijzen.

Ook in de realisatie van de tweede ontsluiting van Poelgeest door een extra brug, zal ze haar handen branden. De grond daaronder is voor een deel van ons. Ondanks dat wij het College daar al jaren over aanschreven, werd er door haar, of ambtelijk, nooit contact met ons opgenomen. Het gevolg is wel dat Oegstgeest straks een boete aan Leiden moet betalen, wegens het niet kunnen verwezenlijken. Maar ja, van een kale kikker kun je niet plukken, en daar zorgde zij wel mede voor, door zonder enige kennis van zaken, in de wijk Nieuw Rijngeest zelf projectontwikkelaar te spelen.

Teylingen – Kees van Velzen (CDA)

Is zelf ondernemer, maar maakt een echte ruïne van ‘De Ruïne van Slot Teylingen”. De provincie is met subsidiëring daarvan gestopt, waardoor de kastelenstichting Holland-Zeeland het sluit. Eigenaar, de Rijksgebouwendienst wil het afstoten. De gemeente heeft dit waardevolle erfgoed nooit de aandacht gegeven die het verdient. Jacoba van Beieren werd er in 1401 gedoopt. Gezien onze staat van dienst in rijksmonumenten, wilde de wethouder – op advies van zijn collega Van der Zon – graag onze ideeën voor het behoud van dit bijzondere slot leren kennen. Dat werd tijd ook, want als het niet gauw geconserveerd wordt, vriest alles kapot. Een jaar geleden bezocht ik wethouder Van Velzen, en werd daarbij vergezeld door een vooraanstaande architect en een gerenommeerde bouwkundige. Wij hebben uiteengezet de ruïne weer in haar oorspronkelijke staat van begin dertiende eeuw te willen terugbrengen. Als bestemming dachten wij aan een invulling met een zo openbaar mogelijk karakter. Er werd zeer enthousiast gereageerd, en ons plan zou dezelfde week in het College worden behandeld. Daarna zouden wij direct worden geïnformeerd ‘hoe nu verder’. Wij hebben nooit meer iets van deze wethouder vernomen en misschien moet dat na de verkiezingen maar zo blijven ook.

Respect voor de ondernemers, dat is waar het in de hiervoor geschetste voorbeelden aan ontbreekt. In veel gevallen loopt de maatschappij daardoor schade op. Immers, wanneer het bedrijfsleven vanuit de lokale politiek nog langer tegenwerking blijft ondervinden, bestaat er straks helemaal geen gezonde werkgelegenheid meer. Daar komt bij dat het ‘overleven’ toch al steeds moeilijker wordt. De banken draaien zoveel mogelijk financieringen terug en er worden nagenoeg geen nieuwe meer verstrekt. Ondernemingen die nog kunnen en willen investeren, verdienen dan ook zoveel steun als mogelijk. Bedenk dus, voor u het stemformulier invult, welke kandidaat u daarbij als mogelijk nieuwe wethouder vertrouwt. Stem voor uw eigenbelang en dus voor een andere aanpak dan de voorbeelden die in deze column werd geschetst.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *