Als je aan de gemiddelde Nederlander vraagt hoe het Internet werkt en waar zich dat precies bevindt dan gaat het al snel over Amerika. Een recent nieuwsitem van de NOS met als titel “waar woont de cloud?” bevestigde dat vooroordeel met het tonen van een groot datacentrum in een korenveld in Washington State, VS. Toch is het maar weinig bekend dat juist Nederland een prominente positie heeft in het faciliteren van het Internet. Nederland huisvest namelijk al bijna 20 jaar het grootste internet knooppunt ter wereld, de AMS-IX (Amsterdam Internet Exchange). De AMS-IX is een Nederlandse stichting die zo’n 500 netwerk leveranciers met elkaar verbindt en met 2 Terabit per seconde aan piekverkeer wereldwijd de grootste doorvoerder is van internet transacties. Net zoals Schiphol een economische motor is voor de Randstad, ontstond rond de AMS-IX in de afgelopen 10 jaar een netwerk van internet bedrijven. Waaronder tientallen datacenters, internationale webwinkels, leveranciers van online betaalsystemen en webhosters. En trok ook lokale aanwezigheid van giganten zoals Google, Facebook en Microsoft naar Nederland. De Nederlandse wet beschermt de privacy en neutrale doorgifte van internet verkeer veel beter dan in andere landen, wat extra vertrouwen geeft. Tel daarbij onze internationale oriëntatie en goed opgeleide beroepsbevolking op en een mooie voorsprong is een feit. We staan er niet altijd bij stil maar Nederland heeft in de online wereld nu al een toppositie in Europa.
Die voorwaarden scheppen dus mooie kansen voor software bouwers, webwinkels en andere aanbieders van online diensten. Tegen relatief lage kosten en met de hulp van een goede hoster kan je je software, games, sites, mobiele toepassingen online beschikbaar gaan maken. En dankzij de AMS-IX zijn toepassingen die vanuit Nederland worden geleverd over de hele wereld lekker snel te gebruiken. Joop den Uijl lanceerde in de zestiger jaren de slogan “Nederland Transportland”. Ik denk niet dat hij toen al kon vermoeden dat we ook in de digitale wereld die toppositie zouden krijgen. De bal ligt op de stip om nog beter te gaan profiteren van die voorsprong.