Maximaal dertig klanten in het café of restaurant. Anderhalve meter afstand houden. Elke klant moet kunnen zitten. Van tevoren checken of de gasten koorts hebben. De deuren van de horeca zijn sinds 1 juni weliswaar weer open maar de beperkingen zijn nog groot. Soepele gemeentelijke regels bieden de horecaondernemers extra ruimte maar het blijft puzzelen om toch nog wat te kunnen verdienen. Een kleine rondgang langs de horeca in de regio. “De kersjes op de taart zijn helemaal weg.’’
Tineke Collée van het Leidse café L’ Espérance op de hoek van het Rapenburg en de Kaiserstraat is dolblij dat het bruine café na drie maanden weer open kan. Maar voorlopig gaat ze ervan uit dat het café geen normale omzet kan draaien. “We denken tot en met december maar dertig procent van de normale omzet te halen. Gelukkig gebeurt dit niet in onze beginjaren en kunnen we interen op ons pensioen en spaargeld. We hebben ook niet meegedaan aan acties als Red de Horeca waarbij vouchers werden verkocht. Dat geld mis je straks weer en de rekeningen komen toch. We betalen liever nu en hopen dat de kassa straks weer gaat rinkelen. Maar de verbouwing van de keuken hebben we alvast uitgesteld.’’
Capaciteit afgenomen
De nieuwe coronaregels raken met name de cafés, constateert Collée. Waar normaal tien mensen rond een cafétafel hangen, mogen dat er nu maximaal twee zijn. Zodra er een derde bij komt, moet een afstand van 1,5 meter worden gehanteerd. Het terras is weliswaar in vierkante meters groter geworden maar de capaciteit is drastisch afgenomen. “Ik kan in totaal dertig mensen hebben waarvan er twaalf binnen aan vier tafels moeten zitten. Het hele caféleven is weg want het is heel anders om met twee mensen aan tafel te zitten dan gezellig met een groep rond een tafel te hangen. Ik ga ervan uit dat dat voorlopig ook niet terugkomt. De universiteit ligt stil, er zijn geen afstudeer- en promotieborrels. Bij de grote bedrijven worden geen lunches meer buiten de deur gehouden. Studentenhuizen komen niet langs want dat zijn buitenshuis geen huishouden. Dat ben je in een keer kwijt.’’ Daar staat tegenover dat het café wel extra personeel moet inhuren want elk tafeltje moet worden ontsmet, klanten kunnen niet zomaar binnenvallen en ze moeten allemaal zitten.
De afgelopen maanden is er schoongemaakt en met een pot bruine verf wat opgeknapt. “We hadden de ramen openstaan en mensen kwamen langs voor een praatje. Daarnaast hebben we 35 Minervahuizen geappt over de mogelijkheid om borrelhappen op te halen. Dat hebben we een paar keer herhaald en zo hielden we contact. We hebben ook een zoomborrel gehouden. Kortom, we waren meer een praatcafé de afgelopen tijd. Heel leuk maar alle kersjes op de taart zijn voor ons en veel cafés wel weg.’’
Elke dag schakelen
Robin Bierman van Cheers uit Voorhout onderschrijft het verhaal van Collée. Ook hier vreugde om het weer openstellen van de onderneming maar wel met minder capaciteit. In het restaurant en de serre kunnen normaal veertig gasten zitten, nu dertig. Op het terras ook dertig in plaats van zestig. “We mogen wel met de andere horeca vier weken lang op vrijdag, zaterdag en zondag van 18 tot 23 uur de Herenstraat afsluiten om de terrassen te vergroten. Elke horecazaak kan dan vijftig stoelen extra neerzetten. Hopelijk kunnen we zo extra omzet draaien. Maar als we vijftig procent halen, ben ik al blij.’’ Bierman, die samen met Kevin Pelt eigenaar van Cheers is, heeft nog geen idee hoe de cijfers aan het einde van het jaar uitvallen. Hij verwacht tussen de 30 en de 70 procent van de normale omzet. Dat zal dan afhangen van de zomer maar ook of in het najaar de coronaregels wat worden versoepeld. “Onze feestzaal is voorlopig dicht en dat is 50 procent van onze omzet.’’ De Voorhoutse ondernemers zijn vrij snel begonnen met het afleveren van maaltijden. Aanvankelijk één maar nu zes hoofdgerechten, een voorgerecht en twee desserts. “Dat waren er 300 tot 350 per week. We gaan daar voorlopig mee door en kijken hoe het gaat. De tijd zal het leren want als we een ding hebben geleerd van deze crisis, is dat het elke dag weer schakelen is. Maar gelukkig zijn wij harde werkers en maken we nu geen weken van 50 tot 60 maar van 60 tot 70 uur. Wij overleven het wel, ook al verdienen we nu niets.’’
1,5 meter
Jeroen Coenen van het Katwijkse Proeflokaal De Buuren en De Roskam heeft eveneens vertrouwen in de toekomst. Ook hij gaat uit van een ongeveer 20 procent minder omzet over 2020. Vooral het schrappen van veel feesten maar ook het stilleggen van de musical Soldaat van Oranje, is een flinke aderlating. Dat komt bovenop de weken dat het bedrijf dicht was. “Dat betekent nul inkomsten maar gelukkig zijn onze kosten voor 90 procent variabel. Met hulp van de overheid konden we het personeel in dienst houden. We hebben schoongemaakt en een nieuw terras gemaakt. De eerste dag hebben we leuk gedraaid maar daarna bleef het rustig. Het is dus echt niet zo dat miljoenen Nederlanders zitten te wachten op de openstelling van de horeca.’’
Hij is blij dat de horeca de terrassen met 25 procent mag vergroten. “Katwijk probeert ons echt te faciliteren. Dat gaat heel erg goed.’’ Als grootste probleem ziet hij het handhaven van de 1,5 meter regel. Nu mag Coenen dertig mensen in De Roskam ontvangen en dertig mensen in het Proeflokaal mits er anderhalve meter afstand wordt gehanteerd. Dat geldt ook voor een terras. “Dat wordt echt de grote bitch en we gaan zien hoe dat uitpakt. Zeker als we straks vanaf 1 juli weer honderd man mogen ontvangen. Hopelijk wordt het vanaf september allemaal nog wat soepeler.’’ In de tussentijd heeft hij plannen om schepijs te verkopen en een afhaalpunt voor boten in te richten. “Je wordt wel gedwongen creatief te zijn als ondernemer.’’
Meer verlies door opening
Bob Meijer van de Brasserie Groep voorziet ook een forse achtergang van de omzet. “Maar we hebben ook een aantal heel goede jaren achter de rug. Het is onwijs gaaf dat we nu weer open kunnen. Nu moeten we de schade proberen te beperken. Hopelijk komen we aan het einde van het jaar dan toch nog uit op 50 tot 60 procent van de omzet.’’ Naast de weken dat de locaties van de Brasserie Groep (Brasserie De Poort, Brasserie Buitenhuis, Brasserie Park en Brasserie Meelfabriek Zijlstroom) dicht waren, heeft het bedrijf veel last van het doorschuiven van bruiloften en feesten naar 2021. Ook workshops in met name De Zijlstroom moesten allemaal worden geannuleerd. Nu de horecazaken weer open mogen, zijn de terrassen flink vergroot. Dat was mogelijk omdat De Zijlstroom, Park maar ook het Buitenhuis flink wat ruimte hebben. “En de gemeenten werken verrassend goed mee’’, aldus Meijer. Hij vindt het vooral erg lastig dat de regels niet helemaal duidelijk zijn. Dat geldt voor steunmaatregelen zoals de nieuwe NOW (Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid) maar ook voor het aantal mensen in de zaak bijvoorbeeld als er meerdere zalen zijn. “Daarnaast ben je gemiddeld twintig uur in de week extra kwijt aan schoonmaken, uitvragen van klanten en ontsmetten. Met dertig man in de zaak lijd je zo meer verlies dan als je dicht blijft. Maar dat gaan we niet doen want we hebben te veel vaste gasten. Zo hadden de buren van de Zijlstroom met Pasen allemaal een tafel gedekt en hebben wij het paasontbijt gebracht. Dat is toch een prachtig initiatief.’’ Hij hoopt dan ook op een snelle versoepeling van de regels, eerst per 1 juli en vervolgens in september.
“Ondertussen ontwikkelen we nieuwe plannen bijvoorbeeld voor een foodtruckterras bij het Buitenhuis. Daar kunnen aan grote tafels, met in achtneming van 1,5 meter afstand, grotere groepen eten. Daar hopen we snel toestemming voor te krijgen.’’
